Vind jij je partner egoïstisch? Snap je absoluut niet dat hij nu niet aanvoelt hoe die afspraak bij jou over zal komen? Vind je dat zij altijd zo ontzettend weinig rekening met je houdt?
Je bent niet de enige. In onze praktijk voor relatietherapie horen we deze klacht vaak. De partner zit er dan boos of schuldbewust bij, maar snapt tegelijkertijd niet, waar het nu toch fout gaat. Hoezo heeft ze nu tóch opeens moeite met die afspraak? Waarom heeft ze dat toen niet meteen gezegd? Als ze geprotesteerd had, had je best wat anders kunnen regelen!
Zij zucht: moet ze dan altijd alles uitspellen? Kan hij niet zélf bedenken hoe iets voor haar is? Ze had niets gezegd omdat er een discussie zou zijn ontstaan…. en ze heeft genoeg van al die discussies! Ze wil nu eindelijk dat hij uit zichzelf aan haar denkt!
Egoïstisch of zeurpiet?
De aanduiding hij/zij is hier volledig inwisselbaar. Deze situaties zijn niet gender-gebonden. En komen dus net zo goed bij hetero- als bij homo- of lesbische stellen voor.
Wat is hier aan de hand? Zijn al die partners egoïstisch? Zijn al die andere partners zeurpieten? Zo lijkt het wel als je naar ze luistert. Kennelijk raken bepaalde gedragingen de ander zeer diep en drukken op de bekende rode knop: de elkaar-veroordelende uitspraken zijn meestal niet van de lucht!
We zien dit patroon in de relatietherapie heel vaak. Uiteraard kunnen er verschillende dingen aan de hand zijn. Bij doorvragen ontdekken we echter vaak, dat beide partners uit verschillende gezinsculturen komen.
Ik-cultuur
De ene partner komt vaak uit een gezin, waar een ”ik – cultuur” heerst: ieder zorgt voor zichzelf. Waar iemand dat even niet redt, kan hij om hulp vragen en dan is er best wel iemand bereid om te helpen. Waar twee belangen botsen, is er even een clash, wordt er gediscussieerd en is er bereidheid om er samen uit te komen.
Het uitgangspunt is echter, dat ieder voor zichzelf opkomt. Je gaat er niet van uit dat iemand kan ruiken wat je nodig hebt, dus je vraagt om hulp. Je wacht niet tot je plek kríjgt van de ander, je neemt zelf je plek in. Het gezin is een verzameling individuen, ook wel ”los-zand-gezin” genoemd. De autonomie van ieder staat centraal. Het schort wel nogal eens aan de verbinding.
Wij-cultuur
De andere partner komt vaak uit een gezin met een ”wij-cultuur”: iedereen gaat voor het geheel van het gezin, voor het samen, voor de verbinding. Iedereen is op iedereen afgestemd en houdt voortdurend rekening met elkaar. Iedereen helpt elkaar ongevraagd. Ook laat ieder voortdurend het belang van de ander voorgaan.
Omdat iedereen dat doet, klopt de balans van geven en nemen meestal goed en valt niemand uit de boot. Iedereen is met elkaar verweven. We noemen zo’n gezin ook wel een ”kluwen-gezin”. Hier staat de verbinding met elkaar centraal. Het schort hier echter nog wel eens aan de autonomie van elk lid afzonderlijk.
In de pedagogiek is sprake van een continuüm aan gezinsculturen met het ”los-zand-gezin” aan het ene uiterste en het ”kluwen-gezin” aan het andere uiterste
Uitersten trekken elkaar aan
Ook al leven wij in een westerse, zogenaamd individualistische samenleving, toch komen wij veel ”wij-culturen” tegen, zowel in Noord Holland, als in Brabant/Limburg (wij werken in beide regio’s). Oost en west ontmoeten elkaar voortdurend! En vaak komen we beide culturen tegen binnen één stel: waarschijnlijk hebben ze elkaar immers gekozen omdat de tegenstelling zo aantrekkelijk is!
Beide culturen zijn legitiem, beide culturen hebben hun voor- en nadelen en in beide culturen kun je doorschieten. Het is prima om voor je zelf op te komen en mondig te zijn; het is ook prima om af te stemmen op de behoeften van een ander en daar wat voor over te hebben. Maar je kunt je voorstellen wat er gebeurt als iemand uit een wij-cultuur gaat samenwonen met iemand uit een ik-cultuur. Dat wil zeggen: na de periode van verliefdheid, want verliefdheid zorgt er nu eenmaal voor dat je heel erg op de ander gericht bent. In de verliefdheid zit iedereen tijdelijk in de ”wij- cultuur”.
Na die eerste mooie fase kan er het volgende gebeuren: partner A uit de ik-cultuur zorgt voor zichzelf, dus voor partner A. Partner B uit de wij-cultuur zorgt echter óók voor partner A. Partner A krijgt dus alle zorg en aandacht en B krijgt niets.
Vaak reageert partner B daar in eerste instantie op door zich aan te passen en nóg meer te gaan doen waar hij (of zij) goed in is: zorgen voor de ander. Na verloop van tijd gaat partner B echter zoveel missen dat hij impliciet boos wordt. En vanuit boosheid langzamerhand voor zichzelf op gaat komen. Maar omdat dit niet zijn gewone manier van doen is, moet hij extra kracht zetten. Die kracht kan hem juist extra egoïstisch doen overkomen.
Samengestelde gezinnen
Bij samengestelde gezinnen kunnen die verschillen vaak nog scherper naar voren komen, omdat niet alleen (meestal) beide partners verschillend zijn, maar ook hun kinderen! Dus ergert de één zich niet alleen aan de partner, maar ook aan diens kinderen en omgekeerd. De partner uit het kluwengezin vindt de kinderen uit het los-zand-gezin dan bijvoorbeeld erg egoïstisch. En constateert – terecht – dat zijn/haar eigen kinderen altijd aan het kortste eind trekken. De ander vindt juist dat de kinderen uit het kluwengezin wel wat meer voor zichzelf mogen leren opkomen!
Van elkaar leren
Belangrijk is om te beginnen om dit verschil in cultuur te erkennen en te stoppen met elkaar erom te veroordelen. Want met al die veroordelingen maak je de sfeer alleen maar slechter en ontstaat er nooit een gezonde verbinding.
Ook is het belangrijk om in te zien dat je van elkaar kunt leren. De partner uit de ik-cultuur kan leren om wat meer uit te gaan van verbinding. En de partner uit de wij-cultuur kan leren om stil te staan bij wat h/zij zélf wil en beter voor zichzelf op te komen.
Samen een eigen gezinscultuur bouwen
Want als stel zul je samen tot een eigen gezinscultuur moeten komen. Die noodzaak ben je waarschijnlijk ook al in het praktische vlak tegengekomen, toen je ging samenwonen. Daar dienden zich in het begin allerlei tegenstellingen aan:
Vouw je de handdoeken bijvoorbeeld op de manier van partner A of van partner B? Is ééns in de week stofzuigen genoeg, zoals A wil? Of om de andere dag zoals B wil? Laat je na het eten de afwas eerst staan om even lekker onderuit te zakken zoals A wil? Of ruim je eerst alles op en heb je dán pas rust, zoals B dat gewend was? Ik zou hier een oneindig aantal voorbeelden kunnen noemen. In al die situaties heb je met elkaar moeten overleggen of zonder afstemmen hoe je het zult doen. (Overigens merken we in relatietherapie ook vaak dat er bij veel stellen nog veel problemen over deze praktische dingen zijn en dat er te weinig overlegd en afgestemd wordt…)
Die noodzaak van overleg en afstemming is er dus echter ook op het sociale en emotionele vlak. Hoe houd je rekening met elkaar? En hoe kom je voor jezelf op? Het is natuurlijk het mooist om een mix te maken van het beste van beide culturen. En die mix ontstaat – uiteraard – enerzijds door er samen over te praten en te benoemen wat je belangrijk vindt. En anderzijds door regelmatig ook zonder woorden op elkaar af te stemmen!
_____________________________________________________
Marike de Valk is Gestalttherapeut en geeft individuele, relatie- en gezinstherapie in Beuningen bij Nijmegen amen met haar collega Wilfried Sluys. Op haar site: https://www.mv-gestalttherapie.nl legt ze haar werkwijze uit.
In haar blog (https://www.relatietherapie-nijmegen/blog/) schrijft ze over alles wat met partner- en gezinsrelaties te maken heeft. Ze geeft daar ook lezingen over. Ze is te bereiken via het contactformulier op haar sites of via 024-6751742.
Hier kun je je gratis abonneren op haar blog: abonneer.